menu
Word Lid
Stekene gaat Thesauriebewijzen uitgeven

Het Stekense gemeentebestuur gaat een systeem van thesauriebewijzen opzetten als alternatieve vorm van lenen. Dat bleek op de gemeenteraad van 24 maart jongsleden. Op zich is er niets mis met alternatieve financieringsvormen en ook thesaurie bewijzen kunnen hun nut hebben, maar het probleem is dat thesauriebewijzen kortlopende (1 jaar) leningen zijn die men gaat gebruiken om projecten te financieren waar men vroeger een langlopende leningen (20 jaar) voor afsloot. Naar mijn mening neemt men hiermee onverantwoorde risico's.

Op de vervaldag moeten de investeerders terugbetaald worden. Om dat te kunnen zal men nieuwe thesauriebewijzen moeten uitgeven en aan de man brengen. Als de rente ondertussen gestegen is zal men hiervoor dus méér interest moeten betalen. Tegenwoordig zijn we al een tijd gewoon aan lage rentes, maar vroeg of laat zal de rente gaan stijgen. Wanneer? Dat weet niemand, maar op 20 jaar kan er veel gebeuren.

Er is nog een risico, namelijk dat men de thesauriebewijzen tijdig moet kunnen verkopen om de aflopende bewijzen te kunnen terugbetalen. Als dat niet het geval is kunnen er zich zware liquiditeitsproblemen voordoen. Een risico waar het college zich wel degelijk van bewust is, vandaar dat men in een kaskrediet ("straight loan") voorziet om kortstondige tekorten op te vangen. Zoals iedereen weet is dat een zeer dure vorm van krediet. Vandaag lijkt het risico misschien beperkt, maar wat als de economische situatie zo verandert dat niemand nog thesauriebewijzen wil?

Een derde mogelijk probleem zijn de waarborgen die investeerders gaan vragen om zeker te zijn dat ze hun geld terug krijgen. Hierover staat er niets in het gemeenteraadsbesluit. In de huidige tijden verwachten investeerders niet zozeer interest, maar wel zekerheid dat men zijn geld terugziet. Naar mijn mening is het dan ook vrij naïef om te geloven dat men investeerders zal vinden zonder duidelijke garanties.

De uitleg van het college overtuigde geenszins. Schepen De Witte had het over diversificatie van de kredietportefeuille, waarmee hij dus herhaalde wat in de toelichting stond. Schepen en OCMW voorzitter Backaert kon toch het voorbeeld geven van een lening aan het OCMW. De geschatte interest via thesauriebewijzen zou ongeveer 1/6de bedragen van wat men normaal zou betalen en dat zou toch een redelijke besparing zijn. Het college weet dus wat het zou kunnen besparen, maar hoe zit het met de kosten? Wat gaat het kosten om constant de rente-evolutie op te volgen zodat men tijdig maatregelen kan treffen? Men biedt investeerders de mogelijkheid om certificaten voor hun vervaltijd opnieuw te verkopen. Maar tegen welke kost? Wat gaat dat kaskrediet kosten als men niet tijdig nieuwe certificaten kan verkopen? Met andere woorden, het college blijkt geen idee te hebben van de kosten die met thesauriebewijzen gepaard gaan. Bovendien vind ik dat de veiligheid van de klassieke lening best wel wat mag kosten. We weten immers op voorhand wat het gaat kosten en we kunnen er rekening mee houden. Met thesauriebewijzen moeten we dat allemaal nog zien.

Ik heb dus tegen dit voorstel gestemd. Ik was de enige.

ONTVANG ONZE NIEUWSBRIEF